Granen bevatten geen vet en verwijderen daarom belangrijke vitamines die alleen door vet oplosbaar zijn

 

Bij sommigen is het een gezondheidscultus om veel met granen te doen. Vergeten wordt dat er in granen zuren (fytines) zitten die bij te veel granen eten negatief gaan werken op de lever en pancreas. Om granen te kunnen verteren is bewerking nodig, zoals bijvoorbeeld pletten, malen, weken en koken. Volkorenbrood met de hele korrel is zwaar te verteren.

 

Ben je teveel gericht op de consumptie van granen dan hebben de verschillende zuren invloed op het niet opnemen van ijzer, kalk en zink. De cultus van teveel granen eten zorgt ook voor verstoring van de alvleesklier, waardoor het suikerniveau negatief wordt be?nvloed. Ook de darmen krijgen het zwaar te verduren waardoor bij het eten van ander voedsel gisting ontstaat en dit voedsel niet goed wordt opgenomen.

 

Bij een eenzijdige graanvoeding komen de vitaminen A, D, E, K en F in het gedrang. Dit komt omdat granen arm zijn aan vet en de genoemde vitaminen alleen werkzaam zijn als ze door vet worden opgelost. Granen kunnen dus ook vitamine-rovers zijn. Vitamine K is belangrijk voor de lever en bloedstolling. F heeft betrekking op onverzadigd vetzuur.

 

Vet belangrijk

 

Vet is voor het lichaam en de spijsvertering belangrijk. Vanzelfsprekend hebben we het dan over meervoudige onverzadigde vetzuren.

Ontbreekt het daar aan (K en F) dan is dit slecht voor het hart, aderen en haarvaten.

 

Structurele graaneters krijgen tekorten en worden kwetsbaarder voor andere voedingsproducten. Het verdragen van andere voeding wordt steeds moeilijker. Meestal ontstaat dan de angst voor andere voedingsproducten. Het vermijden van andere voedingsproducten doen tekorten ontstaan die niet meer aangevuld worden.

 

Als we door de campagnes tegen cholesterol, overgewicht en voor light en magere voeding te weinig vet binnenkrijgen dan spelen we met onze gezondheid.

 

Verstandig zou zijn om stap voor stap verschillende volwaardige andere voedingsproducten, die men uitgebannen heeft, weer op het menu te zetten. De energiebalans komt dan weer terug.

Als dat niet gebeurt en men blijft bij de granencultus, dan kan men andere producten niet meer verdragen. Heel veel graaneters weten het niet. Maar granen hebben een trage, degeratieve werking op het gehele organisme. Met name ook de milt, maag, darmen en alvleesklier worden nadelig be?nvloed.

 

Granen bevatten gluten (gladine-peptine) waardoor schimmels goed kunnen gedijen. In granen, ook bewerkte, die lang worden bewaard, nestelen zich schimmels en bacteri?n die, hoe langer het bewaren duurt, steeds verder uitgroeien. Bij het nat maken voor consumptie gaat dit uitgroeien heel snel.

Granen bevatten anti-trypsine en dat belet de opname van trypsine in de alvleesklier. Anti chymo-trypsine belet de eiwitsplitsing in de alvleesklier (pancreas). Fyto-hernegglutinine (PHA) doet rode bloedlichaampjes samenklitten. De fytinezuren van granen belemmeren, zoals opgemerkt, ook de opname van vitale vitamines.

Bovendien veroorzaakt het structureel te veel granen eten een verkoeling en teveel yin.

 

Enzymen

 

Een goede opname van voeding kan alleen goed gebeuren als er genoeg enzymen zijn. Voor een goede vertering heb je enzymen nodig. Enzymen haal je uit groenten en fruit, ook uit gedroogd fruit, zoals pruimen, abrikozen, rozijnen of tuti fruti, als de gedroogde vruchten maar niet gezwaveld zijn. Door de moderne- en slankheidsvoeding, en de magnetron, worden de voedingsproducten van hun oorspronkelijke enzymen ontdaan. De oorspronkelijke enzymen zijn noodzakelijk voor de vertering. Het gevolg is dat de alvleesklier ook niet meer genoeg enzymen produceert. De levensenergie wordt er door verzwakt.

 

Het heeft ook een negatief effect op het endocriene stelsel en de hypofyse (hormoonafgifte) die door een vergroting verstoord raakt. Dat heeft tot gevolg dat gifstoffen ontstaan die niet voldoende worden uitgescheiden. Ook ontstaan er tekorten aan bepaalde vitamines en mineralen. Dat heeft niet alleen gevolgen voor lichaamsfuncties maar ook voor de psyche en het gedrag. Ook je hormoonhuishouding verandert.

 

Nogmaals, ben je teveel gericht op het structureel eten van granen dan hebben de verschillende zuren invloed op het niet opnemen van ijzer, kalk en zink. Zink is voor de enzymaanmaak van groot belang. Zink, zo is onderzocht, voor rond de 80 enzymen.

 

Het yin en yangprincipe en de vijf elementenleer op het gebied van voeding is vooral ook belangrijk voor natuurartsen en homeopathen, want die houder er geen rekening mee.

Dat geldt zeker voor homeopathen die voedingsadviezen geven.

Zij doen er goed aan om het yin en yangprincipe en de vijf elementen en de Chinese annex Oosterse visie op voeding over te nemen. Nu hanteren ze te vaak een westerse visie die te beperkt is.

 

VIDEO UPDATE -- Why Soy Is NOT a Health Food - Avoid being deceived by the soy industry and learn the reasons why you are better off avoiding all forms of non-fermented soy.

 

Jan Kraak

Tai Chi Tao is toegankelijk voor iedereen.

Tai Chi Tao kent geen beperkingen.

 

Tai Chi Tao bestaat niet uit oefeningen alleen.
Tai Chi Tao is een ontspannings-, bewegings- en
gezondheidsmethode. Tai Chi Tao geeft je meer
inzicht in het leven en leefwijze door zelfontplooiing.
Door Tai Chi Tao leer je het natuurlijk proces weer
ontdekken en waarderen. 
Tai Chi Tao zorgt voor een helend bewustzijn. Het
geeft je meer verdieping in je leven. Tai Chi Tao
zorgt er voor dat je de dingen die je doet een stuk
gemakkelijker kunt doen, zodat stress vermeden wordt.

 

25 mei 1998